H. BAVO

Bavo werd omstreeks 589 onder de naam Allowin gedoopt. Zijn ouders waren zeer aanzienlijke lieden uit Midden-België en stonden bekend als zeer vrome mensen. Zij werden vergeleken met Abraham en Sara.

Allowin werd opgevoed overeenkomstig zijn stand en later aangesteld als graaf van Haspengouw. Hij trouwde met de dochter van graaf Adilio. Uit het huwelijk werd een dochter Aggletrudis geboren. Volgens de legende voerde hij als wapen een gouden leeuw op een azuren veld.

Allowin leefde losbandig en was een tiran voor zijn onderdanen. Zijn biograaf getuigt van hem: "Ten tijde zijner jeugd oefende hij zijn wil in de verdorvenheid der wereld. Hij was volhardend in de zonde en brandde van wellust."

Door de plotselinge dood van zijn vrouw, die hij vurig beminde, kwam hij tot inkeer, mede en vooral door de invloed van zijn vrome dochter. Hij besloot niet te hertrouwen.

In die tijd preekte een zekere Amandus aan de oevers van de Schelde in een zeer woeste en ruwe streek, bekend als het "woud zonder genade".
Allowin bezocht hem, knielde aan zijn voeten en beleed zijn zonden. Amandus gaf hem hoop voor de toekomst en deed hem de ijdelheid van al het aardse inzien. (Dit verhaal wordt weergegeven op een 17-eeuws schilderij van Pieter Fransz. de Grebber, dat in de O.L.Vrouw van Zeven Smartenkerk te Haarlem hangt.)
De boeteling keerde naar zijn landstreek terug, verzocht koning Dagobert hem te ontheffen van zijn ambt als graaf, regelde zijn zaken en verdeelde zijn bezit onder de armen.
Vervolgens ging hij naar Gent, waar hij opgenomen wenste te worden in het Benediktijner klooster, de St. Pietersabdij. Hij vergezelde Amandus op zijn missietochten en deed veel werken van barmhartigheid. Zelfs doden wekte hij tot leven.
Tijdens de laatste drie jaar van zijn leven trok hij zich als kluizenaar terug in een cel, waar hij een leven van zeer strenge boetvaardigheid leidde.
Omstreeks 653 overleed hij. Bij zijn uitvaart gebeurde meteen al een wonder: een vrouw die sinds lang door de duivel was bezeten, raakte even zijn lijk aan en genas onmiddellijk.
In 680 werd Bavo heilig verklaard. (De historische kritiek geeft echter de voorkeur aan 1010.)

Bavo wordt afgebeeld met zwaard (ridder) en valk (de jacht). Als ridder was hij op jacht naar hogere dan aardse waarden en hij houdt ons voor dat ook wij nooit te aards mogen zijn, maar ons geld en goed eveneens moeten weten te gebruiken voor de arme medemens.
De gedenkdag van de H. Bavo is 1 oktober.


Th. A. Delleman, Samen Kerk nr.5/6

Maak kennis met het leven van de helige Bavo in deze video


Terug